De arbeidsmarkt verandert sterk. Er komen steeds meer ZZP’ers, platformwerken neemt een hoge vlucht en de tijd dat een werknemer 40 jaar bij dezelfde werkgever werkt, lijkt voorbij. De arbeidsrechtelijke regels moeten aansluiten bij de veranderende arbeidsmarkt.
De Wet werk en zekerheid (WWZ) die in 2015 het licht zag, had onder andere tot doel om vast werk minder vast te maken en flexwerk minder flex. Werkgevers bleken echter huiverig om werknemers in vaste dienst te nemen, omdat de ontslaggronden als te knellend werden ervaren en zij daarom liever kozen voor tijdelijke dienstverbanden.
Per 1 januari 2020 wijzigt het arbeidsrecht. Dan treedt namelijk de Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) in werking. Wat betekent dit voor werkgevers en werknemers? De grootste verandering is een nieuwe reden om te ontslaan: de cumulatiegrond.
Soepelere ontslaggrond
Nu is het nog zo dat er acht uitputtende ontslaggronden voor een werkgever bestaan om de arbeidsovereenkomst met de werknemer te (laten) beëindigen. De bekendste zijn bedrijfseconomische omstandigheden, langdurige arbeidsongeschiktheid, disfunctioneren, verwijtbaar handelen van de werknemer en de verstoorde arbeidsverhouding.